Het Jachtslot St. Hubertus in Hoenderlo is gebouwd tussen 1914 en 1920 naar ontwerp van H.P. Berlage.
Ook in dit gebouw heeft hij weer op een volstrekt eigen wijze vorm gegeven aan de Nieuwe (bouw) Kunst, de Nederlandse uitloper van Jugendstil en Art Nouveau. Bovendien gaat het in z'n vormgeving al enigszins in de richting van de Art Deco.
Kenmerkend voor veel van zijn bouwwerken was  de keuze voor  bouwmateriaal dat ruimschoots voor handen was in de Lage Landen. Klei, toegepast in baksteen.
Dit eenvoudige materiaal wist hij toch op een decoratieve wijze aan te wenden door het gebruik van metseltechnieken en (kleur) glazuren.
Hunting lodge St. Hubertus was built between 1914 and 1920 and designed by Berlage.
In this building too, he gave an expression to the Dutch offshoot of Jugendstil; De Nieuwe Kunst. Besides that, it anticipates towards Art Deco.
Characteristic for his work is the application of brick stones, a material largely available from the clay in the low lands by the sea. This simple material got decorative qualities by (coulored) glaze and bricklaying technics.
Zitbanken met Hubertusmotieven door Mendes da Costa.
De bouwopdracht kwam van het schatrijke echtpaar Kröller-Müller dat één van de grootste Nederlandse kunstcollecties heeft aangelegd, die in het nabijgelegen Kröller-Müller Museum is ondergebracht.
Jachtslot St. Hubertus was bedoeld voor jachtpartijen en andere sociale gebeurtenissen in een omgeving waarin natuur en cultuur op elkaar aansloten.
Het gebouw is geïnspireerd op de legende van de meedogenloze jager, bijna een lustmoordenaar, die uiteindelijk een hert tegenkomt met een stralend kruis tussen z'n gewei.
Daarna bekeert hij zich en gaat een leven leiden dat later met een heiligverklaring wordt gewaardeerd. Het gebouw is, van bovenaf gezien, in de  vorm van die hertenkop met gewei, gebouwd en die symboliek is verder overal terug te vinden. Bij binnenkomst kom je in een schemerige hal die het duistere deel van Hubertus' leven symboliseert vervolgens kun je naar de met bovenramen verlichte bibliotheek (bezinning) en naar de helder verlichtte ontmoetings/theekamer waar het licht op het vijver water reflecteert (verlichting van de geest).
The commissioners were the wealthy Mr.and Mrs. Kröller-Müller. They collected one of the biggest  Dutch art collections, housed in the nearby Kröller-Müller Museum.
Hunting lodge St. Hubertus was intended for their hunting parties and other social happenings in an ambience of nature and culture.
The building is inspired by the legend of the ruthless hunter who meets at last a deer with a shining  cross between its antlers. It leads to a conversion, a decent life, and much later a  canonization.
The building has, seen from above, the form of a deer head and this symbolism is applied in the entire building. When you enter the hall, its quite obscure, symbolizing the dark part of Hubertus' life. After that, you can go to the library with its upper windows (inner reflection) and then to the tea-room/meetingroom in broad daylight with sunlight reflecting from the surface of the pond (enlightenment of the spirit).
Ook het interieur kwam, zoals dat hoort bij een Gesammt Kunstwerk, uit zijn koker: Meubelen, kasten, tegels, lampen, kledinghangers,vloerbedekking, deurkrukken, bestek overal had hij de hand in.
Met name twee kostbare houtsoorten werden toegepast: Coromandel en Teak en dat op zo'n weloverwogen wijze dat soms de ene zijde van een deur uit de ene houtsoort kan bestaan en de achterzijde uit de ander, in relatie met de rest van het interieur.
Ook is de, voor die tijd, brede toepassing van elektriciteit vermeldenswaardig; elektrische haarden, klokken, lampen,lift,ventilatoren, stromend warm water, een afzuigsysteem voor huisstof, dit alles was hier al in gebruik terwijl elders in het land nog walmende petroleum lampen  aan de orde waren.
As usable in a „Gesammt Kunstwerk“ he signed also for the: furniture, cupboards and chests, tiles and carpets, lamps, coat-hangers, door-handles, spoons, forks etc. etc.
Especially two expensive kinds of wood were applied; Coromandle en teak, sometimes in a very specific way. The frontside of a door then,  is coromandle and the backside teak, related to the interior of that specific room.
Remarkable, for that time, is the presence of electrical tools; electric fireplaces, clocks, lamps, elevator, ventilators, streaming hot water, vacuum cleaners, it was all already  in use, while most of the contemporaries still  were struggling with smoking oil lamps.
De hall met in de tegenover elkaar gelegen zijmuren een elektrische klok en barometer.
Rightclick the pics and store them to view a larger size.
Vogelplastieken  van J.C Altorf
Anton Kröller stond al op relatief jonge leeftijd aan het hoofd van handelshuizen, rederijen, mijnbouwmaatschappijen en industrieën behalve in Nederland ook in  o.m Zuid-Afrika, Amerika en Scandinavië. Hij  was persoonlijk bevriend met de echtgenoot van de koningin en maakte reizen als diplomaat en handelsattaché. Z'n kapitaal stelde zijn vrouw in staat grote kunstaankopen te doen, waaronder veel werk van van Gogh. Het ideaal was, om deze kunstcollectie voor iedereen toegankelijk te maken in een groot museum. Toen als gevolg van de Russiche revolutie een groot deel van dat kapitaal verdampte bleef de familie weinig anders over dan de collectie aan de Nederlandse Staat te schenken.
Hier zien we een met bont gevoerde jas van dhr. Kröller waarvan beweerd wordt dat het een persoonlijk geschenk van de Russische Tsaar was en de plek waar hij het liefst toefde op St. Huberts, de biljartkamer.
At a rather young age Anton Kröller was leading a multinational businesscompany with shipping companies, mining companies and industries.
He was a personal friend of the Dutch prince and made for the reason of national comercial interests journeys all over the world.
His capital enabled his wife to purchase a lot of artpieces -for instance many van Gogh's.
It was their common ideal to make this collection open for public in a beautiful museum. But as a result of the Russion Revolution they went almost bankrupt. This led to the decision to hand over the collection to the Dutch state.
Here we see a fur lined coat from which is said that it was a personal gift of the Russian Czar and his favorite place on St.Hubertus, the billiardroom.
De hokken voor de jachthonden.
The kennel for the hunting dogs.
Mevrouw Kröller-Müller's favoriete plek hoog in de torenkamer met uitzcht over vijver, bossen en velden.

Mrs. Kröller-Müller's favorite place, a room in the tower with a view over the pond, woods and fields.
Ventilators en klokken boven de haarden.
ST. HUBERTUS - HOENDERLO
Naar Nederland 8